Details
Besprekingen
De Standaard
Het is bepaald niet de eerste keer dat een filosoof in de verhouding tussen natuur en cultuur duikt. Maar werd u al eens door een filosoof meegenomen naar het Mechels Broek? Linde De Vroey, behalve filosoof ook historicus, gaat in Verwilderen op zoek naar het wilde in de natuur. Als een bevlogen reporter leidt ze haar lezers rond in de Oostvaardersplassen en het Yellowstone National Park, in de Schotse Hooglanden, de Grensmaasvallei en dus ook in het Mechels Broek, haar 'achtertuin'.
Onderweg verkent ze de geschiedenis en de actualiteit, de theorie en de praktijk van de rewilding -beweging - verwildering of herwildering in het Nederlands (er is wat discussie over wat de beste term is). Die beweging wil de natuur minder beheersen en controleren, zodat ze zelf kan uitmaken wat waar groeit en bloeit, eet en gegeten wordt. Het enige wat de mens daarbij nog doet, is de vrije evolutie faciliteren, zodat ecologische netwerken zich kunnen herstellen.
Met dat verwilderen gaan heel wat filosofische en ecologische dilemma's gepaard. Zijn er grenzen aan wildheid? Kunnen we de rol van toppredator overlaten aan de wolf, lynx of beer? Moeten huizen en akkers plaatsmaken voor wassend water? De Vroey verbindt die grote vragen aan haar persoonlijke ervaringen, zonder dat daarbij de focus op haarzelf komt te liggen. Deze belezen reisbegeleider zet de natuur centraal.
Daarbij wordt ze geïnspireerd door illustere voorgangers in de natuurbeschrijving zoals Nan Shepherd, Aldo Leopold, Robert Macfarlane en Robin Wall Kimmerer. De Vroeys natuurlyriek haalt niet overal het niveau van die grote voorbeelden, maar haar boek zal velen de nodige inspiratie bieden om genuanceerder te denken over de verhouding tussen natuur en cultuur.
De Vroey is niet de eerste die de (potentiële) wildernis zoekt in de Lage Landen: de Nederlandse natuurkenner en illustrator Jeroen Helmer bracht in Wildernis in eigen land in beeld hoe de natuur zich kan ontwikkelen als ze daartoe de ruimte krijgt. Helmer illustreert al 36 jaar voor de Nederlandse natuurorganisatie ARK, en zijn verhalende prenten worden over de hele wereld gebruikt door wetenschappers en mensen die 'herwilderen' in de praktijk brengen. Niet voor niets, want in die illustraties komt een enorme veldkennis samen met een oog voor detail én een visionair perspectief op de mogelijkheden voor wilde natuur.
Zwijnenwroetplek
Dat gaat ook op voor Wildernis in eigen land , een rijk en toegankelijk boek waar elk natuurminnend hart sneller van gaat kloppen. Helmer laat daarin zien hoe de natuur eruit zou zien als ze niet beteugeld werd. Door Helmers grote, gelaagde panoramische landschapsportretten kun je eindeloos ronddwalen in die Nederlandse wildernis.
Hoofdrolspelers bij het heropbouwen van de wilde natuur zijn de toppredatoren en de grote grazers die eeuwenlang onze landschappen vormgaven, maar uitgeroeid werden door bejaging of verdwenen door biotoopverlies. Die situatie is nu gekeerd: vis- en zeearend, wisent, wolf, beer, lynx, goudjakhals, otter, bever en wilde kat rukken steeds verder op in Europa en kunnen - als ze de kans krijgen - onze landschappen herstellen, en ze biodiverser en minder kwetsbaar maken. Maar met hun terugkeer duikt ook de angst op voor zoveel onvoorspelbare en oncontroleerbare wildheid.
Helmer laat zien waarom we de wildernis maar beter koesteren. Hij schildert het fascinerende, fijnmazige web van interacties tussen soorten, van eendagsvlieg tot eeuwenoude eik. Hij toont de schoonheid van zwijnenwroetplekken, schimmels en hazelmuizen. Verwildering laat oeroude processen hun gang gaan, in het samenspel van water, wind en getij met dieren, planten en micro-organismen. Zo wordt duidelijk hoe de natuur een bondgenoot kan zijn in de omgang met hedendaagse uitdagingen als voedselvoorziening, waterveiligheid en klimaatherstel.
Helmers woorden en beelden brengen de complexe, veellagige verwevenheid van verwilderde biotopen in kaart op een bevattelijke manier. Daarbij valt op hoe mensen vaak onnodig of onhandig ingrijpen in de natuur. Wie bijvoorbeeld doelbewust maait en jonge plantjes uittrekt zodat heide niet in bos verandert, bootst met die heel arbeidsintensieve bemoeienis het gedrag van grote grazers na. Maar die grazers voeren ook nog eens zaden mee in hun vacht, woelen de grond om, creëren stierenkuilen en schuren schors af, en creëren zo een veel gevarieerder landschap dan wat mensen ooit kunnen maken. Precies die variatie en rijkdom maken verwilderen zo aantrekkelijk.
JEROEN HELMER Wildernis in eigen land Lemniscaat, 224 blz., € 29,99